Frank in quarantaineNet als veel Nederlanders blijft journalist Frank Poorthuis thuis. Frank zit in de risicogroep. Verslag van dag 401. Lees alle eerdere afleveringen hier terug.
Frank Poorthuis
Wij die AstraZeneca hebben gekregen zijn inmiddels toch een beetje de sukkels in vaccinatieland. Zelden is een merk zo snel afgebrand als dit. In de geschiedenis van de reclame steekt misschien alleen de neergang van het nepbiertje Buckler er nog bovenuit.
AstraZeneca is een B-vaccin geworden. Maar ik loop er wel mee rond. Ik ken dat gevoel nog van vroeger op de sportveldjes in de buurt. Je had jongens met leren ballen om mee te voetballen. En dan had je ons, die niet zo veel geld hadden, die een plastic bal kregen. Die gingen natuurlijk vaker lek. Of ze werden al snel zo’n ei dat je er niet echt zuiver mee kon schieten. Ging zo’n bal alle kanten op. Terwijl je zo’n perfecte traptechniek had.
AstraZeneca, de plastic bal onder de vaccins. En ik heb ‘m in me laten spuiten. Geen spijt hoor, want uiteindelijk ben ik toch aan het voetballen. En die kinderen zonder bal staan maar aan de rand van het veld toe te kijken.
Mag ik in plaats van 1,5 meter dan tot op 40 centimeter van mijn grote kinderen komen? Of mag ik een van de twee wel zoenen, de andere niet?
Woensdag heb ik de eerste prik twee weken in me. Laat ik aannemen dat-ie doet wat ik wil, dan weet ik eigenlijk nog steeds niet wat ik er nou precies op welk moment van kan verwachten. Moet ik me nu al een beetje veiliger voelen dan daarvoor, of meer veilig bijvoorbeeld dan een week geleden, toen-ie er een week in zat?
Wat dat betreft is zo’n vaccinatie toch ook een schot in het duister, hoor. Wat ik weet: na twee prikken ben ik echt gevaccineerd. Dat is eind juni. Tenminste, dan is de tweede prik. Die moet ik volgens de berichten ook twee weken geven om vol tot werking te komen. Maar omdat het AstraZeneca is, ben ik dan niet volledig, maar voor 60 tot 80 procent beschermd. Wat betekent dat? Hoe kun je daar naar leven? 20, 40 of 60 procent meer vrijheid nemen dan daarvoor. Welke 40 procent dan? Mag ik in plaats van 1,5 meter dan tot op 40 centimeter van mijn grote kinderen komen? Of mag ik een van de twee wel zoenen, de andere niet?
En dan natuurlijk de trombose, de bloedpropjes. Ik kan niet zeggen dat het me volledig koud laat, ook al komt de bijwerking voornamelijk bij vrouwen voor. En ik wil geen aansteller zijn, maar soms denk ik, ‘s ochtends voor de spiegel: had ik dat vlekje al?