Afghanen tien jaar de cel in voor brand in kamp Moria

De vier mannen behoorden tot een groep van zes Afghanen die direct na de brand door de politie waren opgepakt. Ze werden beschuldigd van brandstichting en het in gevaar brengen van mensenlevens.

Twee verdachten waren al in maart door een Griekse rechter veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf. De vier anderen zijn nu ook schuldig bevonden. De advocaten wilden drie van hen laten berechten door een jeugdrechter omdat ze op het moment van de brand minderjarig waren, maar dat wees de rechtbank af.

Moria, op het eiland Lesbos, was het grootste vluchtelingenkamp van Europa. Migranten woonden opeengepakt in geïmproviseerde schuilplaatsen, onder slechte en gevaarlijke omstandigheden.

Mensenrechtenorganisaties en de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR achtten het kamp ongeschikt voor mensen. Moria stond symbool voor de worsteling van Europa met de vluchtelingencrisis aan de zuidelijke grenzen. Daar strandden veel vluchtelingen uit Afrika en het Midden-Oosten op de Griekse eilanden.

De autoriteiten in Griekenland waren ervan overtuigd dat de brand opzettelijk was aangestoken door migranten. Er was onvrede in het kamp over quarantainemaatregelen nadat onder bewoners coronabesmettingen waren ontdekt. 

Bij de brand sloegen meer dan 12.000 migranten, voornamelijk afkomstig uit Syrië, Afghanistan en Irak,  op de vlucht. Ze sliepen dagenlang in de open lucht en hadden nauwelijks eten, drinken en sanitaire voorzieningen. Bij de brand vielen geen dodelijke slachtoffers.

De advocaten van de veroordeelde Afghanen houden vol dat de mannen onschuldig zijn. Volgens hen zijn ze erin geluisd door een getuige. Ze noemen de veroordeling ‘een onvoorstelbare veroordeling zonder bewijs’.

Bekijk onze trending nieuwsvideo’s in onderstaande playlist: