De Boléro van Ravel: vierduizend slagen in een kwartier
De Boléro van Maurice Ravel uit 1928 is zo ongeveer het allerbekendste muziekstuk dat er bestaat. Waarom eigenlijk en hoe is het om die repeterende slagwerkpartij te spelen?
Marjolijn SengersBron:ed
Om maar met de deur in huis te vallen: gaan de slagwerkers van Philharmonie Zuidnederland met elkaar op de vuist voor de trommelpartij in de Boléro van Ravel of moet er juist een vrijwilliger worden aangewezen als de roosters worden gemaakt?
Concentratie
En een andere brandende vraag: is het juist wel of juist niet leuk voor een trommelaar om die repeterende partij te spelen? ,,Nou, op de vuist gaan is overdreven, maar die partij in de Boléro ligt wel gevoeliger dan andere partijen. En of ’t leuk is om te doen … Ja en mwah; moeilijk zijn de noten niet, maar de concentratie die je ervoor moet kunnen opbrengen, is lastig.” En wie is morgen de gelukkige bij PhilZuid? “Ik”, zegt Raymond Spons, ,,Maar we hebben dat onderling goed overlegd.” ‘We’, dat zijn de zes slagwerkers van het orkest, waarvan Spons een van de aanvoerders is.
Trance
De Boléro is een ballet van vijftien minuten. Ravel (1875-1937) schreef het in 1928 voor ballerina en choreografe Ida Rubinstein (1883-1960). Zij verzocht Ravel in eerste instantie om delen uit de pianosuite Iberia van de Spaanse componist Albéniz te orkestreren, zó dat er op gedanst kon worden, maar toen Ravel daaraan wilde beginnen bleek iemand hem voor te zijn geweest. Dus schreef hij een nieuw werk voor de ballerina. De Bolero, een trage Spaans/Cubaanse dans in driekwartsmaat, voert de top van ‘Allerbekendste werken ooit’ aan. Hij werd en wordt eindeloos vaak gespeeld, bewerkt en opgenomen. Van welke makelij de musici zijn doet er niet toe, iedereen met twee oren aan het hoofd is gefascineerd door de zwoele melodie, maar vooral door het repeterende ritme van slechts twee maten dat eindeloos wordt herhaald.
Je bent als een herder die als z’n schapen bij elkaar moet zien te houden.
Raymond Spons, Slagwerker PhilZuid
,,Je raakt in een trance, tegelijkertijd moet je er je hoofd goed bijhouden en die combinatie is lastig”, weet Spons (Eijsden, 1970) uit ervaring. ,,Je mag jezelf niet te veel laten meevoeren in de ontwikkeling van het stuk, maar je moet daar wel op inspelen. Jij bent de motor van het stuk, wat jij doet is leidend. Je bent als een herder die als z’n schapen bij elkaar moet zien te houden; raak jij uit balans, dan raakt de kudde de weg kwijt.”
Handzetting
Naast concentratie vraagt de Bolero, met om en nabij de vierduizend trommelslagen, veel van de fijne motoriek. ,,Hoe hou ik mijn stokken vast, hoe kort maak ik ze, welke handzetting kies ik. Sommige slagwerkers houden hun stokken in het begin heel kort, wat korte droge tikjes oplevert die geschikt zijn voor een pianissimo-effect, en laten ze na een minuut of vijf wat gaan. Maar de verplaatsing van de hand geeft een hefboomeffect en dat kan een disbalans veroorzaken. De Bolero behoort tot de verplichte kost bij audities, onderdeel technisch spelen!”
En dan is er nog de trommel. Niet elk instrument heeft de kwaliteiten om heel zacht én heel luid te spelen. ,,De enige ontwikkeling die het stuk kent is dynamisch, dat betekent dat de trommel die dynamiek aan moet kunnen. Het orkest heeft er diverse, die heb ik allemaal uitgeprobeerd, maar ik denk dat ik het bij mijn eigen trommeltje houd.”
En nee, ik repeteer dit werk niet thuis, dat heeft weinig zin en ik zou er mijn familie maar gek mee maken
Raymond Spons
‘De Bolero is geen kunst, maar een puur orkestraal experiment’ zei de componist er zelf over. ,,Ik ben gefascineerd door het geluid van fabrieksmachines: stabiel en zonder versnelling. Zo moest ook het ritme in de Boléro klinken, net zo machinaal.” Ravel was een meester in het orkestreren, in de Bolero past hij die kunst naar hartenlust toe. Spons: ,,Elke orkestgroep komt aan de beurt, alléén en in combinatie met andere instrumenten. Een van de aspecten die deze muziek spannend maakt zijn de nieuwe klankkleuren die ontstaan.” Hoe bereid je je voor op het spelen van de Boléro? “Zorgen dat je geestelijk en motorisch fit blijft, dat is het belangrijkst. En nee, ik repeteer dit werk niet thuis, dat heeft weinig zin en ik zou er mijn familie maar gek mee maken.” Hoe loopt de Boléro af en hoe onthoud je - als je steeds hetzelfde moet doen - dat moment? ,,De laatste twee maten zijn anders. Als ik de grote trom in het orkest hoor, dan is het voor mij kssj, tsjm, boem, baf, klaar!”
Philharmonie Zuidnederland o.l.v. Jun Märkl, solist: Yeol Eum Son, piano. Muziekgebouw Eindhoven, 11 februari, 18.00 en 20.15 uur.
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Dat kan!
Log in of maak een account aan en mis niks meer van de sterren.