Songfestival op herhaling in openluchttheater Luyksgestel

De mooiste werkjes uit het liedjesfestijn kwamen vol passie uit de kelen van het gelegenheidsgezelschap. Ook op zondagmiddag leidde dat tot klaterend applaus en goedkeurend gefluit van de bijna driehonderd bezoekers.

De zangers en zangeressen hebben alle kneepjes van het songfestival-oeuvre in hun repertoire. Want net als ‘normaal’ tijdens dit feest klinkt eerst de dit keer gezongen versie van de Eurovisie-hymne Te deum. Daarna barst het programma los met klassiekers als A-Ba-Ni -Bi en Vrede, met op de achtergrond een bankje met zingende dames die met de vlaggetjes van de bijbehorende deelnemende landen wapperen. Wat Eurovisie al lang heeft afgeschaft, is op het bospodium in Luyksgestel nog echt aanwezig: een compleet orkest met blazer en drummer.

Eric van Sambeeck (52) uit Westerhoven is de gelukkige die het drumstel ervan langs geeft. „Dit orkest bestaat uit een allegaartje van muzikanten uit onder andere Bergeijk en Luyksgestel. Dirigente Riet Heesterbeek-van der Zanden van Kloos bracht ons bij elkaar. Na drie repetities volgde gisterenmiddag de generale repetitie en daarna de eerste voorstelling. Het is heel leuk om te doen, maar het publiek is nog wel een beetje stil, vind ik. Meer dan twee voorstellingen geven we niet. Dat zouden er best meer mogen zijn. En straks gaan we weer uit elkaar.”

De zussen Annie (82) en Corrie (85) de Jonge uit Reusel en het Belgische Olen schuifelen voorzichtig terug naar hun plek op de tribune. „We logeren in het hotel hier om de hoek. We zijn met een Belgisch gezelschap een week op vakantie.” De ‘oudste’ heeft last van een stijf zitvlak ondanks de kussentjes op de banken. Maar ze genieten wel van de mooie liedjes „Prachtig allemaal”, aldus Annie. Ze volgt het echte festival ook nog, maar heeft nog wel een kritische noot. „Vroeger hadden de liedjes meer tekst. Nu zingen ze meer van ‘oe’ en ‘ah’. Geef mij maar Willy en Willeke Alberti met hun geweldige stemmen.”

In het tweede deel van de voorstelling komen de klappers aan bod zoals Eres tú en als uitsmijter Waterloo uit Zweden. De bezoekers zijn dan al aardig los gekomen.

Zanger Peter Hoebergen (70) van het mannenkoor is na afloop tevreden. „Als eerste tenor heb ik een hoge stem, net zoals de dames. Ik vond het geweldig het nummer Amar Pelos Dois van Salvador Sobral te mogen zingen. Ik zing, met wat tussenpozen al 28 jaar bij het koor. We hebben goede contacten met Kloos. De samenzang was een mooie uitdaging.”