Mening | Wethouder is niet de wonderdokter die in 4 jaar de problemen oplost; aantal politieke valpartijen schokkend
INGEZONDEN OPINIEEINDHOVEN - Na de verkiezingen wordt het college van B&W gevormd. Werving en selectie van wethouders dient zorgvuldig en grondig te gebeuren om veelvoorkomende politieke valpartijen te voorkomen.
Rosanne Franken, Philip Eijlander
Sinds de dualisering van 2002 maken wethouders geen deel meer uit van de gemeenteraad. Volgens de Gemeentewet benoemt en ontslaat de raad de wethouders. Dit betekent dat de wethouders afhankelijk zijn van het vertrouwen dat zij genieten van de (meerderheid van de) raad en niet automatisch kunnen rekenen op steun van hun eigen fractie.
Er valt veel te lezen over incidenten met wethouders, bijvoorbeeld wanneer zij de handdoek in de ring gooien of discutabele keuzes maken. Maar gelukkig zijn er ook data die het mogelijk maken uit te stijgen boven het niveau van incidenten. Het periodieke Wethoudersonderzoek geeft veel informatie over de diverse aspecten van het wethouderschap. En die cijfers zijn ronduit schokkend.
Het aandeel ‘politieke valpartijen’ in deze collegeperiode is zo’n 18 procent: 265 wethouders kwamen in die periode ten val
Zo vertrokken in 2019 maar liefst 126 van de 1144 wethouders. In 2021 stopte om de dag een wethouder; een absoluut record sinds de start van de dualisering. Het beeld is dat wethouders zelf in groten getale afhaken of dat zij om politieke redenen van het toneel verdwijnen. Het aandeel van deze “politieke valpartijen” in de lopende collegeperiode is zo’n 18 procent: 265 wethouders kwamen in die periode ten val om politieke redenen. Denk aan verstoorde verhoudingen in de coalitie binnen het college of tussen raad en college.
Verder kunnen we denken aan een gebrekkige bestuursstijl, breuk met de eigen fractie en financiële verantwoordelijkheid; bijvoorbeeld op het terrein van de zorg en in het sociaal domein. Bovendien zijn de verwachtingen van kiezers hoog, maar is de speelruimte van het lokale bestuur beperkt door landelijke regelgeving en gebrek aan financiële middelen. De decentralisatie van taken en bevoegdheden naar gemeenten zonder toereikende middelen heeft in veel gemeenten tot problemen geleid, met name voor de primair verantwoordelijke wethouder.
Werkdruk, burn-out, bedreigingen en spanningen
Dit is al een zorgelijk beeld. Maar nog zorgelijker is dat er meer dan 100 wethouders zelf zijn vertrokken vanwege persoonlijke en gezondheidsredenen. Het werk en de daarbij behorende uitdagingen groeien wethouders boven het hoofd: werkdruk, burn-out, bedreigingen, spanningen die uiteindelijk resulteren in het vertrek, complexe dossiers, etc.
Zoals gezegd: een zorgelijk beeld en schokkende uitkomsten. Dit kan niet worden gerelativeerd door te stellen dat de dualisering niet werkt. Het vraagt om nader onderzoek en reflectie op zoek naar oorzaken en aanpassingen in het stelsel. Ook om te voorkomen dat mogelijke geschikte kandidaten in de toekomst niet meer beschikbaar zijn.
Wethouders treden in collegiaal bestuur op, teamwork is vereist, evenals commitment aan de functie en aan elkaar
Waar kunnen we dan aan denken? Een korte voorzet. Voor wethouders geldt dat ze in collegiaal bestuur optreden. Teamwork is dus vereist. Dat brengt ook commitment met zich mee: aan de functie en aan elkaar. Een termijn beslaat ook op lokaal niveau 4 jaar. Een wethouder die zich kandidaat stelt moet zich goed realiseren dat die periode van 4 jaar ook voor hem of haar geldt. Zo niet, dan zal de samenstelling van het college er anders uitzien dan gedacht bij het begin. De kiezer die al weinig te zeggen heeft over de wethouders heeft dan helemaal het nakijken.
Toereikend werk- en denkniveau
Zorgvuldige selectie is dus van belang. Eerder gaven we al aan dat het vroegtijdig aandragen van kandidaten voor het wethouderschap door partijen die deel uit willen maken van de coalitie gewenst is. Dit geeft de tijd en ruimte om het proces van werving en selectie zorgvuldig en grondig te verrichten. Uiteraard is en blijft het aan de voordragende partij om uiteindelijk de keus te maken. Een professionele, onafhankelijke persoon die weet van wanten in het openbaar bestuur zou desgewenst kunnen adviseren op de verschillende elementen van een profielschets: toereikend werk- en denkniveau, bestuurlijke ervaring, verbindende kracht, integriteit. Van groot belang is hierbij de rol en input van de raad, gezien het noodzakelijke draagvlak van wethouders in hun verhouding met de raad. Zo kan de nieuwbakken raad, nog voor de coalitieonderhandelingen, een gezamenlijke profielschets maken voor de later te benoemen wethouders en nadenken over het daarbij te volgen proces.
Grote, complexe opgaven
Het wethouderschap is anno 2022 niet niks. Gemeenten – groot en klein – kennen veel verantwoordelijkheden, vaak ontoereikende middelen en staan voor grote, complexe opgaven als het gaat om bijvoorbeeld woningbouw, energietransitie en veiligheid. Opgaven waarover zij echter slechts ten dele gaan. Om over de manier waarop, veelal via participatie, nog maar niet te spreken. Dat vraagt naast een zorgvuldige selectie van bestuurders, ook om zorgvuldige begeleiding on the job. En om verwachtingsmanagement. Een wethouder is geen wonderdokter die lokale problemen even oplost binnen vier jaar. Het is iemand met een bestuurlijke rol en verantwoordelijkheden binnen het lokale bestuur, net zoals raadsleden en inwoners die hebben. Dat vraagt van alle spelers iets, ook in de onderlinge verhoudingen en verwachtingen.
Rosanne Franken is gemeentesecretaris/algemeen directeur bij de gemeente Waalre en buitenpromovenda aan Tilburg University. Philip Eijlander is hoogleraar staats- en bestuursrecht aan dezelfde universiteit.